Aleid (ps. Beata van Helsdingen-Schoevers): 'Krasjes en Praatjes'. In: Bataviaasch Nieuwsblad, 17 januari 1914
Het Tennisbal.
Een alleraardigste nieuwheid bedacht een groepje jongelui, allemaal hartstochtelijke liefhebbers van het tennissen. Er zou een feest zijn, ergens op een buitenverblijf, zoo'n vroolijk ongedwongen bal van jongelui en jonge meisjes, dat de ouderen doet wenschen weer jong en lenig en dwaas te zijn, en waarvan de jonge menschen gouden bergen verwachten. De aanstaande gasten van dat feest werden verzocht, per invitatie, om in tennistoilet te verschijnen. Dus kwam alles in het wit. Er waren er die zich tenniscostuumpjes hadden laten namaken uit pongé-zijde of echte zijde, er waren er met luchte pongenette of fijn linnen kleedjes maar allen met den voetvrijen rok, en de ruime blouse, als zouden zij zóó den serve beginnen... De heeren waren tip-top in hun vlugge lichte pakjes, met kleurige dasjes en flatteuze riemen behoeft het nog gezegd? Tennispakjes flatteeren een jong lenig lijf altijd. Zoo waren de gasten. De balzaal was niet minder écht. Met palmen en dennetjes in bakken had men in de hoeken met behulp van tuinmeubeltjes aardige zitjes gemaakt. Langs de wanden witte tuinbanken en rietstoelen. Aan de eene breedte-zijde van de zaai stond, wezenlijk, het tennisnet opgespannen en daarachter zat de muziek... De wandversiering bestond uit kruiselings aangebrachte rackets. En bij een cotillonnummer werden de ballen uitgedeeld, van nummertjes voorzien de "evenwaardigen" zochten en vonden elkander tot den dans. Het was dus wel een compleet tennisfeest. Vooral toen aan het souper de gasten op hun bord ieder een fijn bouquetje vonden saamgehouden door een sluitspeld in racketvorm. Het aandenken aan dezen origineelen avond zal later nog vaak op menig lange das of luchtig blousje het tennisspel in de vrije natuur hebben meegemaakt!
De Kleurige Haren. Het hyper-modernste... de gekleurde coiffures. In niet-natuurlijke kleuren, dit is het nieuwe, in gewone haartinten geverfde lokken kenden we al zoo lang. Maar nu is het heusch nie dagewesen. Stelt u zich u zelve voor, mijn waarde lezeres, met blauwe haren... Ge zult er een oogenblik van ontstellen. Toch, het moet niet leelijk zijn, het moet zelfs heel flatteus zijn. Van een charmant effect moeten bijvoorbeeld mauve lokken wezen tegen het marron of het oudgoud van een rijk-pluche hoed, of tegen een vossenpels. Ook rosé en groen, ook blauw, draagt een kleine schare Parijsche élégantes van dezen winter op het hoofd. Op het hoofd, ja, ik zei het wèl, niet áán het hoofd. Want ge hebt toch niet een oogenbliksken gedacht, dat wij onze eigen haren aan zulke schilder-experimenten bloot zouden stellen?! Pas si bête! Maar waarvoor, ik bid u, bestaan dan onze schitterende boulevard-coiffeurs, onze Rue-de-la-Paix haarkunstenaars ? Wij kóópen onze moderne coiffure kant en klaar. We passen en zoeken onder zaakkundige leiding de tint bij ons gelaat en bij onze hoed en het toilet - voilá. Meer omslag is niet noodig. En des avonds speldt men ons de meches en calots en rouleaux en anglaises aan en op het hoofd; wij zijn haute nouveauté dien avond, en de attractie van alle binocles in den schouwburg. En wijl deze nieuwe buitengewoonheid niet de verdienste heeft van onmogelijk of afschrikkend onschoon te zijn, zooals de neusring van voor eenige maanden, kan het heel best dat zij nog een tijdje stand houdt... Totdat de waschvrouw en de juffrouw uit het melkssalon met spinazielokken verschijnen, dan zijn wij er van verlost.
Op stap om de Wereld. Mrs. Harry Humphries is doende de wereld om te wandelen. Zij wandelt nu al 2 1/2 jaar en denkt eind van dit jaar klaar te zijn. Voor een weddenschap natuurlijk, want mrs. Humphrieslis een Amerikaansche. Volbrengt zij haar; loop, dan heeft zij f 25.000 verdiend. Dat is dus wel de moeite waard voor iemand, die het kan, gelijk deze kloeke dame bewezen heeft, dat zij doet. Want zij had toen zij begin December in den Haag arriveerde, al een 35.000 kilometer afgestapt, militairement, geen boodschap-wandel-gangetje. Zij legt per dag, tusschen de 20 en 60 K.M. af (het hoogste was eens 74) en is al reizende nog dikker geworden ook... Haar costuum bestaat uit luchtige blouse en een kort leeren rokje terwijl haar beenen beschermd worden door hooge leeren rijglaarsen met beenstukken. Verder een wandelstok, waar allerlei vereenigingen herinneringsplaatjes op spijkerdenhet wordt op die wijze een prestatie op zich zelf den stok te hanteeren! en, onmisbaar uitrustingsstuk op zulk een tochteen revolver in leeren holster aan haar ceintuur. Zij had maar ééns gebruik behoeven te maken van de diensten van den kleinen stalen vriend; dat was in Rusland tegen een paar struikroovers. Die hadden niet vermoed, dat de wandelende dame een Amerikaansche was, maar zij begrepen het aan den dreigenden Browningmond en verdwenen in alle haast. Mrs. Humphries' tocht wordt geimpressarieerd door een Californisch journalist, die steeds vooruit reist en zorgt, dat zij na de daagsche krachtsinspanning een goed onderdak vindt. In den aanvang vergezelde mr. Harry Humphries zijn ondernemend vrouwtje maar het sterke geslacht legde het in Engeland af, en reisde ziek naar New York terug, met beblaarde voeten en andere loopkwalen. De zwakke helft voelt zich gezond en is in prachtige conditie. Aanvankelijk volgde zij een vegetarisch regime, doch dit werd haar door geneesheeren later afgeraden, zoodat zij nu op gemengde voeding voortmarcheert. Het vrouwtje is thans dertig jaar.
Hoe de kleur der Spijzen op den Eetlust werkt Een Engelsch dokter heeft een studie gemaakt van den invloed, die het uiterlijk, voornamelijk de kleur van het eten op onzen eetlust heeft. En hij kwam tot de volgende merkwaardige ervaringen. Eerstens, dat de voorliefde voor zekere spijskleuren samengaat met den graad van ontwikkeling. Zoo houdt "het volk" meer van geel - de menschen van stand meer van bruine spijzen. Waar in betere kringen de nuances van af chocoladekleur tot croquant gebakken aardappeltjes-tint toe goed onthaal vinden, daar prefereert de lagere klasse helgeel koek- en bakwerk, saffraangekleurde producten (bagijnenrijst!) Dit kwam de medicus onder andere te weten door een eonderzoek in verschillende restaurants en gaarkeukens. Kinderen, de evenees nog op lagen trap van ontwikkeling staande menschjes, hebben altijd een voorliefde voor gele spijzen. Zij zullen uit een handvol suikertjes de gele kiezen... Zien we dus iemand in een restaurant bezig aan een bruine schotel, wel, dan is het een man van beschaving, maar een mensch achter een gele spijs heeft ongewtijfelbaar een ordinairen smaak! Verder vertelt de dokter van den gunstigen invloed, die het gezicht van geliefkoosde gerechten op de spijsvertering heeft, en die dus ook uitgaat van de kleuren dier spijzen. Men heeft daarentegen over het algemeen een afschuw van groen gekleurd eten (uitgezonderd de groenten dan) en ook van blauwe spijzen. Groen en blauw concludeert de dokter zijn niet bevorderlijk aan den eetlust. Dus geen groen gestoffeerde eetkamer kiezen, als gij u de luxe van een flinke appetijt kunt veroorloven. In het tegenovergestelde geval zou zulk een omgeving zijn voordeel kunnen hebben.
De "No-Hatters" Ook onze mannen gaan aan het moderniseeren. Er is een heftige stroom uit Engeland gekomen en die heeft van den zomer alle hoeden meegenomen. Ook op het vasteland. En daar liepen onze heeren nu hoedloos... En ze deden zoo waarlijk alsof ze het erg prettig vonden, die schooljongens-allure. 't Was een beetje vreemd gevoel, en met liep er in den beginne allerlei ongemakken mee op - maar het stond zoo "smart". En de terugkeer tot de natuur breidde zich nog verder uit. De boord verdween, de uitsnijding van het overhemd daalde in een geestig "en coeur", daalde beangstigend. Beangstigend ja, want de kuische manneboezems waren aan die plotselinge natuurlijkheid niet gewend en ze teekenden heftig protest aan in den vorm van allerhande bronchitale aandoeningen... Och arme! wij zwakker geslacht, zijn er aan gewend, loopen zelfs in den winter in dunne weefseltjes met lage halsjes. Maar de man... wat deed hij ons te willen navolgen? wat deed hij in de kou? Maar "smart" was het. 't Stond jeugdig, vlug, jongensachtig, zoo'n heer zonder hoed en laag het hemd, als een sportsman of een zeerob. Gelukkig dat er zoo'n mooi najaar was! Maar met de eerste gure dag verdween ook de laatste no-hatter in zijn bed met een kruik en warme kwast.
inhoud | volgende pagina