doorzoek de gehele Leestrommel
Leestrommel
Leestrommel

a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z

P. (ps .Beata van Helsdingen-Schoevers): 'Causerieën uit de binnenlanden'
In: Soerabaiasch Handelsblad, 1905-1908


Al onze hoop eerlang de grootste fabriek van Java bij ons Kertosono te zien verrijsen is alweer in rook vervlogen. Klinkt dat niet vreeselijk? Is 't niet hard alle illusies te moeten opgeven op 'tvan drukte, vroolijkheid en vertier, die allen met de nieuwe fabriek en het fabriekspersoneel hun intocht zouden doen binnen Kertosono'a slaperige muren en Kertosono's soezerige inwoners wakker moesten porren....

Helaas, weg illusie!

Wat werden er al niet grootsche pannen gemaakt, in gedachte zag men reeds de reuzengroote fabriek haar hemelhooge schoorsteenen fier het luchtgewelf in steken, hoorde men het loeien der Arnerikaansch-grootsche machines... Zelfs zou er dwars door Kertosono een zijlijn van het spoor komen, slechts ten behoeve van de fabriek.

Wel werd er af en toe gemompeld, dat de gronden, welke per duizenden bouws zouden ingehuurd worden, totaal ongeschikt waren voor de rietcultuur, maar niet waar, dat is minder, als alles zoo grootscheeps gaat, vereischt het slechts een kleine moeite riet uit andere gewesten te requireeren.

Machineriëen waren reeds onderweg, zoo heette het, het beste wat de Vereenigde Staten konden leveren op dat gebied werd niet te goed geacht, schatten zouden er aan de inrichting besteed worden, maar dan zou ook het wonder gewrocht zijn, Java was een suikerfabriek rijk geworden waarmee geen ander zich zou kunnen meten, het zou iets ongehoords en ongeziens worden, Indiës trots op het gebied van suikercultuur!

En dat alles zou Kertosono rijk worden. Kertosono, het altijd miskende, verguisde, vergeten Kertosono, dán op ieders lippen... Welk een zalige voldoening!

En nu? Weg gulden toekomstdroomen, geen grootsche fabriek, geen schitterende inrichting! De eigenaren hebben waarschijnlijk ingezien, dat... heel nuchter, dit fabriekje een veel te duur paardje op stal zou zijn, dat zij zelven zelfs het opzetten van een doodgewoone huis-tuin-of keuken-fabriek nauwelijks kondon bekostigen, en dan nog die ongeschikte gronden, o jéminé, wat een nachtmerie. Dus heeft men er een naamlooze vennootschap van gemaakt, worden de aandeelen met alle graagte in den kortst mogelijken tijd verkocht, en zelfs, men, zouden de eigenaren kiplekker zijn, als zo de heele concessie plus het uit restjes samengeflanste tabriekje, dat er op staat, zoo gauw mogelijk van de hand konden doen...

Dat is het droevig einde van de met zooveel ijver ontworpen brillante plannen, want als er "koerong doewit" bij komt, dan wordt het misère, het geval wordt dan gewoonlijk acuut en heeft een doodelijken afloop!

In den laatsten tijd is hier een nieuw onderwerp op het tapijt gekomen.

Het betreft de kinderstelerij in de residentie Kediri.

Dat is nu hier en overal elders eigenlijk the topic of the day. Van alle zijden duiken de geruchten op over afschuwelijke kinderdiefstallen, en legio zijn de oorzaken waaraan zij worden toegeschreven. Angstwekkend mysterieus verdwijnen ze, de kleine kleuters, niemand, ouders noch bloedverwanten, ziet ze ooit weer. Het klinkt haast opgelofelijk, zoo middeleeuwsch, kinderen die dikwijls op klaarlichten dag opgelicht worden en verdwenen, voor goed.

En is het niet een vreemd verschijnsel, dat alle tot dusver gearresteerde kinderdieven eeuwig zich na hun gevangenneming stapelgek houden. Men vraagt zich onwillekeurig af, behooren die lui niet allemaal klaarblijkelijk tot één genootschap, en een wát goed georganiseerd genootschap, zij schijnen allen duidelijke gelijkluidende instructies gekregen te hebben. Lijkt het er niet machtig veel op?

En als men nu de praatjes in aanmerking neemt, die bijna algemeen onder de inlanders de ronde doen en gretig geloofd worden, dan geloof ik, dat men wel zoo wat kan bepalen, uit welken hoek de wind waait.

Immers, de domme inlander, de orang desa, beweert met rotsvaste overtuiging, dat de arme kinders over zee gevoerd worden, "djahoe sekali" naar Deli, en, nu komt de clou, "op last van de blanda's", om daar de blanda's als slaven te dienen.

En die overtuiging is hun niet uit het hoofd te praten, "Jawel", knikken ze gedwee. "Toch is het de kompenie die ze laat stelen om er werkvolk van te maken!" En daar blijft het bij. Is dat geen suspect verschijnsel? Wie herinnert zich niet dat voor de Gadangan-onlusten de praatjes de ronde deden van vergiftigd zout en drinkwater, door de Hollanders opzettelijk ingevoerd om de mahomedanen uit te roeien? En nu weer dit. De blanke overheerschers ontzien zelfs de jeugd niet, laten kinderen op de gluiperigste manier stelen en wegvoeren, om ze in slavernij te brengen, waar ze hun heele leven moeten werken en sjouwen ... alles voor die gehate blanda's. Geeft dit niet te denken? Speciaal hier te Kertosono beweren de inlanders bovendien nog, dat volwassen menschen, meest vrouwen, door sommige personen onder een geheimzinnigen invloed worden gebracht, zóó dat ze per se gezin en vrienden verlaten om die personen te volgen, tot wie zij zich onweerstaanbaar voelen aangetrokken, zoodat er van terughouden geen sprake meer is. En die slachtoffers zijn ook al voor de Delische blanda's bestemd. Geen Javaansche vrouw of meisje waagt het na het intreden der duisternis onverteld over straat te gaan, want, zeggen ze, dan zijn er twee mogelijkheden, óf ze worden in 't geheel niet meer teruggezien, óf men vindt ze vermoord, het hoofd afgehakt, en die gruweldaad ia bedreven door een zwart griezelig personage met slagtanden!

Hoe men daarachter is gekomen? Of er wel iets een slachtoffer is geweest dat het heeft naverteld? Onnaspeurlijk geheim! Vreemd volkje toch, die inlanders, met hun aangeboren zin voor mysteries! Overal, om alles dichten ze, weven ze een fantastisch verdichtsel, kleuren alles met een borenzinnelijk tintje. Sterk in hun antipathieën, vaak haatdragend, dweepziek, licht op te zweepen tot gewelddadigheden, en daarom juist dikwijls gevaarlijk...

Enfin we willen hopen, dat alles goed afloopt, en dat al die vreemde verschijnselen niet wijzen op beroeringen in, om een geijkten term te gebruiken, "den boezem des volks!"


vorige pagina | inhoud | volgende pagina