Melati van Java: In eigen huishouding Amsterdam: L.J. Veen tweede dr. zonder jr. (eerste dr. Leiden: A.W. Sijthoff, 1895)
5 December.
't Was voor mij een heel hoofdbreken geweest, mijn Sint Nicolaas cadeautjes voor allen dit jaar uit te zoeken want in dit ellendige trou is letterlijk niets voor je geld te krijgen. Ten einde raad zond ik een postwissel van f 5 naar huis en schreef dat zij maar zelf daar iets voor moesten koopen. Hoe saai! En nu voor de lui hier: Hugo en zijn moeder! Voor haar was ik gauw klaar; ik verzocht mama mij een schotel van cuivre poli te zenden om aan den muur te hangen; zoo één die er precies uitziet als gedreven koper maar belachelijk goedkoop is. Dat was in orde maar voor Hugo! Wat geeft men een man, die niet rookt, geen elegante schrijftafel wil hebben en zelfs geen pantoffels draagt? Ik weet wel een ding, waar ik hem plezier mee kan doen maar dat vind ik nu heel overbodig; reeds dikwijls zij hij mij al lachend: "'t Is een gebrek in je uitzet dat je geen goede atlas hebt meegebracht, want de mijne is zoo ouderwetsch; er is in de laatste jaren zooveel veranderd door de politiek en de laatste ontdekkingen." Nu ja, wie weet hoeveel in 't volgende jaar niet weer veranderd zal zijn; je kunt voor een gulden een heel aardige schoolatlas koopen, en daar staat toch ook van alles op. Ik weet wel veel noodiger dingen b. v. een paar pianolampen.
[84:]
't Is nu wel niet iets bepaald voor Hugo, maar 't hoort tot het huishouden, en daar heeft Hugo plezier in. Hij heeft ook plezier in mijn pianospel, dus is 't ook wel iets voor hem; maar nadat hij mij met mijn Kerstreisje zoo had teleurgesteld, voelde ik mij zoo boos dat ik in 't geheel niets kocht. Hugo hield zich of hij niets van mijn boosheid merkte en zoo moest ik dus van zelf weer goed worden en ik diende hem toch te vertellen van Brands' komst en van de visite zijner moeder; anders kwam hij het toch van haar te hooren en dan was 't heelemaal mis. Ik zou Hugo wel een beetje jaloersch willen zien, dat zou hem leeren zijn vrouwtje beter te waardeeren maar nu nog niet dadelijk; ik stel mij te veel plezier voor van mijn muziekavondjes met Dr. Brands. De man speelt verrukkelijk maar hem kan ik niet uitstaan, dien pedanten kwast, wat een verschil met mijn lieven, flinken, oprechten Hugo! Al speelt hij ook op geen enkel instrument, hij is niet waard in de schaduw van den andere te staan. Hoe vreemd, dat er niets van huis komt; als mama, die altijd in twist leeft met de post alles maar niet weer zoo onmogelijk ingepakt heeft in een oude hoedendoos, die haast uit mekaar valt of dat het adres er af is; hoe dikwijls krijgen wij de pakjes niet terug of raken ze weg, maar dat ik van Hugo ook niets geen preparatieven zie! Hij vindt Sint Nicolaas wel een groote dwaasheid voor volwassen menschen, maar hij die toch weet hoe ik met mijn Amsterdamsch hart er aan hecht, zal er toch wel aan denken mij een beetje te verrassen. Of
[85:]
hij laat het zijn moeder over, dan komt er stellig wat moois van! Ik vind de dagen voor bet feest onuitsprekelijk lang en vervelend; ach! hoe heel anders was het 't vorige jaar; wat maakten wij toen aardige surprises. Toen kon hij wel overkomen, die Hugo! Zijn moeder vond het ook zeker een dwaze geldverspilling dat hij liever den Sint Nicolaas bij zijn meisje doorbracht dan bij haar; nu kan zij tevreden zijn, wij blijven nu thuis, met Kerstmis ook thuis en sparen ons geld voor - onze kleinkinderen.
inhoud | vorige pagina | volgende pagina