doorzoek de gehele Leestrommel
Leestrommel
Leestrommel

a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z

mevrouw Koopman: Het paradijs der vrouwen. Tegenschrift op Bas Veths' "Leven in Indie"
's-Gravenhage: N. Veenstra, 1900


[63:]

Het Indische "zich voorstellen"

Onbekend maakt onbemind.

De voorstellings-manie, door den heer Veth beschreven, dateert van onheuglijke tijden, toen de Europeaan als een zeldzame verschijning onder het lommer der oerpalmen, den vreemdeling, wiens huid hem aan zijn vaderland herinnerde, toesprak en nieuwsgierig naar diens lotgevallen vernam.
Thans, nu het verkeer van blanken niet minder groot is dan dat der inboorlingen, zou het waarlijk belachlijk heeten, een oogenblik te vertoeven bij den optocht van idioten, die in het boek van den heer Veth hem het "aangenaam" hebben toegeroepen.
Benijdenswaardig mensch, zoo van alle zijden "aangenaam" begroet te worden. Wel zou ik hier

[64:]

tegen kunnen aanvoeren, dat in een land waar Europeesche vormen geadopteerd worden, de etiquette vereischt, dat men zich eerst voorstelle, alvorens men een gesprek begint. In den laatsten tijd blijft dit in Indië nog al eens achterwege; het komt nog al eens voor, dat men in de hotels onbeschaamd een vraag tot u richt, of zich mengt in een gesprek, zonder zich te hebben geintroduceerd.
Men behoeft waarlijk niet in Indië te zijn, om zich aan dergelijke voorvallen te ergeren.
Verbeeld u een land, een plaats, waar men, voordat de persoon er is, reeds lang weet, dat daar de eene of andere collega naast uw kamer komt logeeren, straks naast u zit aan tafel, en de nieuw aangekomene, die evengoed als gij, weet wie zijn buurman is, stelt zich niet voor en blijft stoïcijns op zijn bord kijken.
Is het niet logisch, dat hij den vorm in acht neemt en zich laat voorstellen?


vorige pagina | inhoud | vorige pagina